Spring naar de hoofdinhoud

Passé composé (v.t.t.): 15 onregelmatige

Passé composé (v.t.t.): 15 onregelmatige vormen

Passé composé (voltooid tegenwoordige tijd) De 15 meest voorkomende onregelmatige vormen: Aller Gaan Allé Gegaan Je suis allé Ik ben gegaan Avoir Hebben Eu Gehad J’ai eu Ik heb gehad Devoir Moeten Dû Gemoeten J’ai dû Ik heb (ge)moeten Être Zijn Été Geweest J’ai été Ik ben geweest Faire Doen Fait Gedaan J’ai fait Ik […]

Passé composé (v.t.t.)

Passé composé (v.t.t.)

De passé composé (voltooid tegenwoordige tijd v.t.t.) vorm je, net als in het Nederlands, met ‘avoir‘ (hebben) of ‘être‘ (zijn). Voorbeeld: Ik heb gesproken = j’ai parlé / Ik ben gegaan = je suis allé De meeste werkwoorden worden met ‘avoir’ vervoegd. In het filmpje wordt in het Nederlands uitgelegd welke werkwoorden met être vervoegd […]

Les formes

Les formes

Un carré = een vierkant Un triangle = een driehoek Un cercle = een cirkel Un rectangle = een rechthoek Un ovale = een ovaal Un losange = een ruit Un rond = een rondje Une étoile = een ster Un cœur = een hart   Une voiture maligne = een slimme auto Qu’est-ce que […]

ERK niveau A2

ERK niveau A2

A2 – luisteren Ik kan zinnen en de meest frequente woorden begrijpen die betrekking hebben op gebieden die van direct persoonlijk belang zijn (bijvoorbeeld basisinformatie over mezelf en mijn familie, winkelen, plaatselijke omgeving, werk). Ik kan de belangrijkste punten in korte, duidelijke eenvoudige boodschappen en aankondigingen volgen. A2 – lezen Ik kan zeer korte eenvoudige […]

La maison

La maison

Dans ma chambre = in mijn kamer (Ne pas entrer = niet binnenkomen) ….. il y a un lit = staat een bed et à côté de ce lit = en naast dit bed …. il y a un bureau = staat een bureau et sur ce bureau = en op dat bureau qu’est-ce qu’il […]